Tijdelijke huurcontracten zijn in Angelsaksische landen al jaren de norm, en de Nederlandse woningmarkt is hard op weg zich op dezelfde manier te ontwikkelen. Daarvoor waarschuwt onderzoeker Carla Huisman van de Rijksuniversiteit Groningen, die daar onderzoek naar deed. Het leidt volgens haar tot stress en grote onzekerheid bij huurders. Wie zijn dat?
Al acht jaar niks opbouwen
Lilian Seip (29) is in acht jaar tijd vijftien keer verhuisd. Nu woont de bioloog in een jongerenwoning van de woningbouwcorporatie. Hier mag ze maximaal vijf jaar wonen. "Deze woning is niet alleen tijdelijk maar ook klein. Het hindert mij in mijn leven", zegt Seip.
Seip zoekt een sociale huurwoning, en komt daar met haar tijdelijke en parttime arbeidscontract ook voor in aanmerking. Omdat dat tot nu toe niet lukt, stelt ze toekomstplannen uit. Haar huisdieren moest ze ergens anders onderbrengen. "Ik kan al acht jaar lang geen vastigheid opbouwen", zegt Seip. "Ik voel mij nu zelfs gedwongen te kijken naar een baan in een andere stad."
De problemen spelen al jaren. "Ik woonde ooit iets langer dan een jaar in een kamer toen mij een antikraakcontract werd aangeboden. Kort daarna moest ik eruit." Volgens Seip gebeurde dat met een smoes om de huurbescherming te omzeilen. "Hij zei dat het appartement zou worden verbouwd, maar na een maand zat er een nieuwe huurder in. Dat soort spelletjes worden er gespeeld."
“We kijken nu naar het buitenland en hopen het daar beter te krijgen. Over anderhalf jaar worden we er uitgeknikkerd of krijgen we een nieuw contract en wordt de huur omhoog gegooid", zegt Nick van Balken (22) uit Den Haag. Samen met zijn vriendin zocht hij maandenlang naar een woning. Een week voordat zij hun vorige tijdelijke huis moesten verlaten, vonden ze hun huidige appartement met een tweejarig contract.
Ze konden geen ander huis vinden, dus kozen Nick van Balken en zijn vriendin voor een appartement met een tijdelijk huurcontract. "Dan weet je: accepteer het contract of ze zoeken wel iemand anders."
Nick van Balken, flexhuurder
Het stel is niet tevreden over het tijdelijke contract, maar Van Balken en zijn vriendin hebben verder geen vragen gesteld en zijn er meteen ingetrokken. "Ik had het gevoel dat we geen keuze hadden", zegt Van Balken.
Hij ziet de toekomst niet rooskleurig in. "We zijn het zat, de woningmarkt in Nederland. We hebben het vooruitzicht dat we eruit worden geknikkerd, en hierna weer in eenzelfde situatie komen. Die situatie wil ik vermijden. We kijken nu naar het buitenland en hopen het daar beter te krijgen."
Inschrijven of loten
Anita Holt (44), woont met haar kinderen van 10 en 8 in een tijdelijk huis in Ravenstein. Ze zoekt een vaste sociale huurwoning in deze omgeving.
Ideaal was een tijdelijke woning niet, maar hij was wel welkom. Want zonder dit huis had Holt nog langer met haar ex-man moeten samenwonen. "We hebben zeker nog een half jaar na de scheiding samengewoond, toen ik de mogelijkheid kreeg om een jaar in iemands huis te wonen dat te koop stond."
Met nog een paar maanden te gaan, zoekt Holt nu dus naar een vaste woning in de buurt. "Maar het is bijna niet te doen. Het is inschrijven of loting en in mijn gemeente zijn er veel andere woningzoekenden."
Er is wel aanbod, zegt ze, maar dat zijn vooral tijdelijke woningen. "Dat schiet niet op: ik zoek een vast stekkie. Steeds verhuizen geeft onrust, zeker met twee kleine kinderen. Die stabiliteit is hoofdzaak nummer een, en daarvoor hebben we het nodig om langere tijd ergens te zitten."