Er is sprake van een opmars van particuliere huisbazen. Dat concludeert de Volkskrant in een onderzoek naar de 300 grootste eigenaren van huurwoningen in Nederland.
De krant lichtte data van het kadaster door. Daaruit blijkt dat het aantal particuliere huurhuisaanbieders in de afgelopen tien jaar met 22,3 procent is gestegen. Terwijl bijvoorbeeld woningcorporaties juist huurhuizen moesten verkopen en daardoor minder bezit hebben dan tien jaar geleden.
Rotterdammer met 6000 panden
Zo bezit de Rotterdamse zakenman Aat van Herk bijna 6000 huurwoningen. Daarmee is hij met afstand de grootste particuliere verhuurder van Nederland. Zijn panden zijn zo'n 1,2 miljard euro waard.
Prins Bernhard haalde de afgelopen jaren geregeld het nieuws vanwege zijn vastgoedbezit in Amsterdam. Het lid van de koninklijke familie staat alleen niet in de lijst met grootste huizenbezitters van het land.
Hij heeft namelijk 40 huurwoningen in volledig bezit. Wel staan er in totaal 108 woningen op zijn naam, maar die exploiteert hij met zakenpartners.
Daarnaast valt zijn eigendom in het niet vergeleken met bijvoorbeeld het bezit van Van Herk (5820 woningen), de Haagse ondernemer Harry Hilders (5500 woningen) of de Maastrichtse vastgoedfamilie Grouwels (5200 woningen).
Wat is er eigenlijk aan de hand met de woningmarkt?
In deze online special beantwoorden we al je vragen over de woningmarkt
Hoewel de stijging van huurhuisbezit onder corporaties en beleggingsbedrijven minder groot was dan onder particulieren, bezitten zij nog wel met afstand de meeste van de 3,3 miljoen huurhuizen in Nederland.
Zo komt de naam van Van Herk in de top 300 pas terug op plaats 106. Woningcorporatie Ymere heeft bijvoorbeeld bijna 72.000 huurwoningen in bezit, Vestia bezit er zo'n 64.000. Vesteda is het grootste beleggingsbedrijf in de lijst met bijna 28.000 panden.